Inclusieve scholen kunnen levens redden
Nieuw Europees onderzoek toont hoe onderwijs het verschil maakt voor LGBT+ jongeren
In een tijd waarin de rechten van LGBT+ personen in veel landen opnieuw onder druk staan, komt een grootschalige Europese studie met een duidelijke boodschap: scholen die actief inzetten op inclusie en positieve representatie van seksuele en genderdiversiteit dragen bij aan de mentale gezondheid van LGBT+ jongeren. En dat kan zelfs levens redden.
Minder depressie en suïcidaliteit dankzij inclusieve scholen
De studie, uitgevoerd bij bijna 18.000 LGBT+ jongeren uit 13 Europese landen – waaronder België – onderzocht hoe schoolpraktijken zoals inclusieve seksuele voorlichting, positieve representatie in de klas en ondersteunende leraren samenhangen met minder depressieve gevoelens, angst en suïcidale gedachten. Het resultaat is duidelijk: scholen die actief inzetten op inclusie zorgen voor minder mentale gezondheidsproblemen bij deze jongeren.

Minder stress, meer veiligheid
De onderzoekers baseerden zich op het bekende “Minority Stress Model” van Ilan Meyer dat stelt dat seksuele en genderminderheden extra psychologische stress ervaren door stigma en discriminatie. Dit kan zich uiten in drie vormen van stress:
- Externe stress – zoals pesten en uitsluiting.
- Verwachte stress – de voortdurende angst voor afwijzing of geweld.
- Geïnternaliseerd stigma – het overnemen van negatieve denkbeelden over jezelf.
Wat deze studie uniek maakt, is dat ze voor het eerst met data uit heel Europa kon aantonen dat inclusieve schoolpraktijken deze stressoren effectief verminderen. Ze maken scholen niet alleen fysiek maar ook psychologisch veiliger voor LGBT+ jongeren.
Wat werkt écht op school?
De studie identificeerde drie sleutelfactoren die het verschil maken:
- Inclusieve seksuele opvoeding: Jongeren die leerden over verschillende seksuele oriëntaties en genderidentiteiten voelden zich minder gestigmatiseerd en rapporteerden minder mentale klachten.
- Positieve representatie in de klas: Als LGBT+ personen zichtbaar waren in leerinhoud – bijvoorbeeld in geschiedenislessen of literatuur – én op een positieve manier, voelden jongeren zich meer gewaardeerd. Negatieve of zelfs neutrale representatie bleek juist schadelijk.
- Ondersteunende leerkrachten: Leerkrachten die opkomen voor LGBT+ jongeren, ingrijpen bij pestgedrag en een veilige omgeving creëren, blijken cruciaal. Ze zorgen ervoor dat jongeren minder gepest worden en zich meer geaccepteerd voelen.

Niet neutraal, maar actief inclusief
Een opvallende conclusie van de studie is dat “neutraal” zijn als school – bijvoorbeeld door LGBT+ onderwerpen helemaal te vermijden – niet genoeg is. Jongeren die geen of neutrale informatie kregen, rapporteerden evengoed of zelfs meer mentale problemen dan jongeren in scholen met negatieve beeldvorming. Alleen een actief inclusieve aanpak werkt beschermend.
Urgente boodschap in een verontrustend klimaat
Deze bevindingen zijn niet zomaar een academische oefening. In veel Europese landen – ook binnen de EU – worden LGBT+ rechten beknot. Denk aan de Hongaarse “anti-LGBT-propagandawet” of anti-transwetten in delen van Italië en Polen. Ook in België en Nederland zien we toenemende meldingen van anti-LGBT+ geweld of pesterijen op school.
In dit klimaat is het belangrijker dan ooit dat scholen hun verantwoordelijkheid opnemen. De school is immers de plek waar jongeren een groot deel van hun tijd doorbrengen. Door in te zetten op inclusie kunnen scholen niet alleen sociale veiligheid bieden, maar ook letterlijk levens redden.
Wat kunnen scholen doen?
De studie wijst op concrete acties:
- Integreer positieve en diverse beelden van LGBT+ personen in het lesmateriaal.
- Zorg dat seksuele voorlichting expliciet ingaat op verschillende seksuele oriëntaties en genderidentiteiten.
- Investeer in training voor leerkrachten om inclusieve en ondersteunende relaties op te bouwen met álle jongeren.
- Grijp in bij pestgedrag en werk aan een schoolcultuur waar diversiteit als een meerwaarde wordt gezien.
Conclusie: onderwijs als hefboom voor gelijke kansen
Onderwijs kan een krachtig tegenwicht bieden aan de polarisering in de maatschappij. De boodschap van deze studie is helder: als scholen investeren in inclusie, verminderen ze niet alleen pesten en angst, maar bouwen ze actief mee aan het welzijn en de weerbaarheid van LGBT+ jongeren. In een Europa waar inclusie niet meer vanzelfsprekend is, toont deze studie dat we niet bij de pakken hoeven neer te zitten. Verandering begint in de klas. Dit is geen kwestie van ideologie, maar van volksgezondheid en mensenrechten.
Auteurs
Prof. Alexis Dewaele is verbonden aan de vakgroep Experimenteel-Klinische en Gezondheidspsychologie van de Universiteit Gent. Zijn expertise ligt op het snijvlak van seksuele gezondheid, mentale gezondheid en minderheidsstress bij LGBT+ personen. Hij coördineert het PSYNC-consortium ‘Samen-Werken voor Mentale Gezondheid’ en leidde meerdere studies over de impact van zichtbaarheid, copingstrategieën en discriminatie op het welzijn van seksuele minderheden.
Prof. Mieke Van Houtte is gewoon hoogleraar sociologie aan de Universiteit Gent. Haar onderzoek richt zich op de sociologie van onderwijs, met bijzondere aandacht voor hoe schoolstructuren en -culturen ongelijkheden reproduceren. Ze heeft uitgebreid gepubliceerd over de ervaringen van LGBT+ jongeren in het Vlaamse secundair onderwijs, waaronder hun gevoel van verbondenheid en schoolmotivatie. Haar werk benadrukt het belang van inclusieve schoolomgevingen voor het welzijn van seksuele minderheden.
Prof. Salvatore Ioverno is professor klinische psychologie aan de Roma Tre Universiteit in Italië. Zijn onderzoek richt zich op de mentale gezondheid van seksuele en genderminderheden, met een focus op de rol van inclusieve schoolpraktijken in Europa. Hij was hoofdonderzoeker van de grootschalige Europese studie die aantoonde dat positieve representatie van LGBT+ thema’s in de klas, inclusieve seksuele voorlichting en ondersteunende leraren bijdragen aan een betere mentale gezondheid van jongeren.
Referenties
Ioverno, S., Sherwood, S. H., Costa, S., Van Houtte, M., Dewaele, A., O’Higgins Norman, J., … & Russell, S. T. (2025). Linking inclusive school practices and mental health in sexual and gender minority youth in Europe. European child & adolescent psychiatry, 1-11.
Frost, D. M., & Meyer, I. H. (2023). Minority stress theory: Application, critique, and continued relevance. Current opinion in psychology, 51, 101579.
Christoph Devillers
17 mei 2025Ik las het artikel over inclusieve scholen en LGBTQ+ jongeren met een warm hart. Eindelijk krijgen deze thema’s de aandacht die ze al zo lang verdienen. Als leerkracht zie ik dagelijks hoe belangrijk het is dat jongeren zich gezien en gehoord voelen. Dus ja, wat jullie schrijven klopt. Absoluut.
Maar… ik zou liegen als ik niet ook een knoop in mijn maag voelde tijdens het lezen. Niet omdat ik het oneens ben maar omdat ik tegelijkertijd denk: “En wat met die andere groep die we keer op keer vergeten?” Ik heb het over onze neurodivergente leerlingen. Jongeren met ADHD, ASS, dyscalculie, PTSD, … . Ze zitten in dezelfde klassen, ondergaan dezelfde stress, maar krijgen zelden dezelfde bescherming of erkenning.
Begrijp me niet verkeerd: ik wil op geen enkel moment het belang van LGBTQ+ inclusie ondergraven. Maar als we het hebben over veilige scholen, over representatie, over mentaal welzijn… dan moeten we ook durven kijken naar leerlingen die op cognitief of neurologisch vlak buiten de lijntjes kleuren.
De leerling die “te druk” is en daardoor constant berispt wordt. Die andere die uren naar een lege pagina staart omdat taal voor hem of haar een doolhof is. Of degene die zich sociaal anders voelt, nergens echt aansluiting vindt, en dan maar stilletjes verdwijnt in de marge. Ook zij lijden onder een systeem dat hen niet altijd begrijpt. Ook zij hebben recht op een plek waar ze zichzelf mogen zijn, zonder zich elke dag te moeten aanpassen of verantwoorden.
Waarom komt neurodiversiteit zo zelden voor in deze gesprekken over inclusie? Het is geen modewoord, geen “hype,” maar het is wel realiteit. En soms, eerlijk? Dan voelt het alsof we hen vergeten in onze strijd voor rechtvaardigheid.
Dus ja: laat ons blijven vechten voor LGBTQ+ inclusie, daar blijf ik achter staan, met beide voeten op de grond. Maar laat ons die strijd tegelijk verbreden. Want inclusie, dat betekent voor mij: ruimte maken voor élke jongere die buiten de norm valt. Anders missen we weer een groep die ons keihard nodig heeft. En wij hen.
Christoph Devillers
alexis
19 mei 2025Beste Christoph,
Dankjewel voor je mooie en betrokken reactie.
Je maakt een terechte en belangrijke opmerking: terwijl we vooruitgang boeken in het zichtbaar maken van LGBTQ+ jongeren en hun noden (iets waar we inderdaad veel te lang op gewacht hebben), mogen we niet vergeten dat er andere jongeren zijn die net zo goed dagelijks navigeren door een onderwijssysteem dat hun specifieke noden nog te weinig begrijpt of ondersteunt.
De voorbeelden die je aanhaalt — de leerling die telkens als “te druk” wordt gezien, degene die worstelt met taal, of de stille leerling die onzichtbaar wordt — zijn herkenbaar. En je hebt helemaal gelijk: ook zij verdienen die veilige plek, dat gevoel van erkenning en het recht om niet voortdurend te moeten compenseren of camoufleren.
Dus dank je wel om dat onder de aandacht te brengen.
Met warme groet,
Alexis Dewaele