Browse Tag: persoonlijkheid

Persoonlijkheid van starter heeft impact op bedrijfprestaties

Steeds vaker hoor je investeerders zeggen: “wij kijken niet enkel naar het idee, maar ook naar de oprichter of het startup-team, vooraleer we een investering doen”. Terecht, zo blijkt, want onderzoek toont aan dat iemands persoonlijkheid zowel een impact heeft op de intenties om ondernemer te worden, als op latere bedrijfsprestaties.

Persoonlijkheid

Hoewel in de praktijk een variatie aan persoonlijkheidstesten populair zijn (bv. de MBTI), zijn onderzoekers er over eens dat de Big5 de meest betrouwbare manier is om iemands persoonlijkheid in kaart te brengen. De Big5 verenigt 5 persoonlijkheidstrekken, nl.:

  • Openheid: mensen die hoog scoren op openheid zijn nieuwsgierig, creatief, en zoeken graag nieuwe ideeën en ervaringen op.
  • Consciëntieusheid: consciëntieuze mensen zijn mensen met een grote mate van organisatie, planning en verantwoordelijkheidsgevoel, en hebben vaak een hoge werkmotivatie en zelfcontrole.
  • Extraversie: extraverte mensen zijn sociaal, energiek, actief, vriendelijk, optimistisch en zijn vaak dominant in sociale situaties.
  • Aangenaamheid: mensen die hoog scoren op aangenaamheid zijn bescheiden, coöperatief, altruïstisch, en vertrouwen mensen snel.
  • Neuroticisme: neurotische mensen kennen een lage emotionele stabiliteit. Ze hebben vaak meer zorgen, kunnen minder goed tegen stress, en vertonen vaak minder zelfvertrouwen.

Op basis van een analyse van meer dan 15.000 ondernemers concludeert recent onderzoek dat openheid, consciëntieusheid en extraversie een positieve relatie vertonen met ondernemerschapintenties en bedrijfprestaties. Neuroticisme, daartegen, heeft een negatieve impact, en enkel de trek aangenaamheid vertoont geen relatie met intenties of prestaties.

Via welk mechanisme verloopt het effect van persoonlijkheid? De rol van teamwork

Onderzoekers hebben aangetoond dat er 2 soorten conflict kan bestaan in teams: taakconflict en relatieconflict. In teams met veel taakconflict wordt vaak gediscussieerd over de beste manieren om dingen te doen, wordt veel informatie gedeeld om argumenten te ondersteunen, en staan teamleden open voor de meningen van anderen. In teams met veel relatieconflict is er vaak veel vijandigheid en onverenigbaarheid. Teamleden zijn dan vaak minder geneigd om informatie te delen die relevant is voor een taak of project, en lanceren vaak persoonlijke aanvallen.

In een studie naar 323 startups werd gevonden dat taakconflict bedrijfprestaties (gemeten door de bruto marge) verhoogd, terwijl relatieconflict de bedrijfsprestaties verlaagd. Bovendien bleek dat de effecten van 2 persoonlijkheidstrekken, openheid en neuroticisme, op bedrijfprestaties gedeeltelijk konden worden verklaard door deze 2 types teamconflict. Persoonlijkheid blijkt dus een effect te hebben op bedrijfprestaties, onder andere via de impact op teamconflict.

Conclusie

Er zijn veel factoren die een impact hebben op de prestaties van een nieuwe onderneming. Vaak denkt men automatisch aan de sector waarin het bedrijf zich bevindt en de innovativiteit van het idee. Op basis van recent wetenschappelijk onderzoek kunnen we concluderen dat het ook belangrijk is, bv. voor investeerders, om te kijken naar de oprichter en het team. De persoonlijkheid van de ondernemer blijkt immers 10% van de variatie in bedrijfprestaties te kunnen verklaren.

Referenties

  • de Jong, A., Song, M., & Song, L.Z. (2013). How Lead Founder Personality Affects New Venture Performance: The Mediating Role of Team Conflict. Journal of Management, 39, p. 1825-1854.
  • Zhao, H., Seibert, S.E., Lumpkin, G.T. (2010). The Relationship of Personality to Entrepreneurial Intentions and Performance: A Meta-Analytic Review. Journal of Management, 36, p. 381-404.

Auteur: Michiel Crommelinck

Michiel Crommelinck behaalde zijn doctoraat in de bedrijfspsychologie aan de Universiteit Gent en werkt als Innovation Partner bij Securex.

 

Dominante hersenhelft: de mythe doorprikt.

“Weten welke hersenhelft dominant is, kan wonderen doen voor je studies en/of je carrière”, beweerde hln.be recent. Want net zoals het gaat bij schrijven of voetballen, heb je bij het oplossen van problemen een voorkeur voor links of rechts. Klinkt logisch, toch?

Links versus rechts

Wie liefst elk probleem nauwgezet analyseert, zich graag verliest in de details, en daarbij telkens de ratio boven alles stelt, laat zich vooral leiden door de linkerhersenhelft. Wie daarentegen vooral vertrouwt op het buikgevoel en een creatieve oplossing verkiest, rekent vooral op de rechterzijde van het brein. Een eenvoudige tweedeling dringt zich op: de pragmatische analyticus versus de creatieve chaoot.

En het wordt nog mooier: aan de hand van een korte test vis je eenvoudigweg uit welk hersendeel bij jou de lakens uitdeelt. Zo weet je meteen welke studierichting of job jou best ligt. Want wat heb je te zoeken in de wiskunde, als de rechterhersenhelft bij jou de wet dicteert? En waarom zou je solliciteren voor een creatieve job, als de test de linkerkant van jouw brein als dominant bestempelt?

Niks dominant

Vooraleer je knopen doorhakt op basis van je testresultaat, kan het geen kwaad om de wetenschappelijke evidentie voor deze tweesplitsing onder de loep te nemen. Want wat blijkt? Neurowetenschappers vonden tot nog toe geen enkel bewijs voor een verband tussen persoonlijkheid en hersenhelftdominantie. Nochtans werden de grote middelen niet geschuwd: professor neuroradiologie Jeffrey Anderson en zijn team verbonden aan de Universiteit van Utah analyseerden breindata van maar liefst 1011 personen. Het meest opvallende resultaat van deze studie? Er was geen spoor te vinden van een meer en minder actieve hersenhelft; alle deelnemers gebruikten hun linker- en rechterbrein in gelijke mate.

Waar komt dit simplistische links-rechts-verhaaltje dan vandaan? Enerzijds zit het hokjesdenken ingebakken in de menselijke natuur. Anderzijds zijn sommige typisch menselijke functies inderdaad sterker geassocieerd met één bepaalde hersenhelft. Zo verwerken we taal vooral links, en sturen we onze aandacht grotendeels met de rechterhelft van ons brein.

Links én rechts

Los van de vraag of de ene hersenhelft de andere domineert, doet ook de opsplitsing in een creatieve rechter- en een analytische linkerhersenhelft de enorme complexiteit van ons brein oneer aan. Zo toonde een onderzoeksgroep van de Universiteit van Zuid-Californië onlangs aan dat we bij het zoeken naar creatieve oplossingen ook hard beroep doen op het linkerdeel van ons brein. En al in 1999 demonstreerden onderzoekers dat we wiskundige problemen vlotter oplossen wanneer beide hersenhelften samenwerken.

Het idee om persoonlijkheidstypes aan de twee hersenhelften te verbinden, is dus niet veel meer dan een hol marketingspraatje. Zelfhulphandboeken worden ermee volgeschreven, en de bedrijfswereld springt gretig mee op de kar: stimuleer het rechterdeel van je brein, en word creatiever! Ook op het internet schieten testjes gebaseerd op deze valse theorie blijkbaar als paddenstoelen uit de grond. Deze testen laten gelukkig meestal ook een derde uitkomst toe: ‘je gebruikt beide hersenhelften in gelijke mate’. Proficiat, heren testontwerpers, want dat is meteen ook de enige juiste uitkomst.

Auteur

Wout Duthoo is postdoctoraal onderzoeker aan de vakgroep Experimentele Psychologie van de UGent. Hij onderzoekt hoe mensen optimaal hun aandacht weten te verdelen en sturen. Daarnaast probeert hij aan de hand van de EEG-methode de onderliggende hersenmechanismen beter te begrijpen. Ten slotte is hij ook geïnteresseerd in (afwijkende) aandachtsprocessen in neurologische patiënten

 

Bepaalt je persoonlijkheid je carrière of is het andersom?

 

Universitaire opleiding biedt brede mogelijkheden

‘Een universitaire opleiding blijkt vooral een brede opleiding, met veel mogelijkheden’, zegt onderzoeker Bart Wille, die doctoreerde over het onderwerp aan de universiteit van Gent. ‘We zagen filosofen terechtkomen bij banken, criminologen aan de top van telecombedrijven, of ingenieurs die ervoor kozen om leerkracht te worden. Rekruteerders denken steeds meer in termen van competenties, en minder van vooropleidingen. Vaak liggen die competenties – stressbestendig, klantgericht, resultaatgedreven – verankerd in iemands karakter. Een geschikte opleiding is slechts een eerste stap om die te ontplooien.’

In 1994 ondervroeg men aan de universiteit van Gent bijna duizend laatstejaars uit verschillende afstudeerrichtingen over hun persoonlijkheid. Een jaar later werd die oefening nog een keer overgedaan, en vijftien jaar later nog een laatste keer. Bedoeling was zicht te krijgen op het professionele traject dat iedere alumnus had afgelegd, en op de verandering in hun persoonlijkheid.

‘Eens fuifnummer, altijd fuifnummer’

Veel mensen zien een eerste job als een soort try-out. Dat klopt niet helemaal’, zegt Bart Wille. ‘Voor veel van onze respondenten was hun eerste job voorspellend voor hun latere carrière. Vijftien jaar later zijn ze wel verschillende keren van bedrijf veranderd, of is hun jobtitel anders, maar het initiële idee blijft dezelfde. Mensen kiezen ook voor het sociale of bijvoorbeeld het extraverte van de verkoop omdat dat nu eenmaal in hun karakter zit. Ze dragen dat mee in de rest van hun loopbaan.’

Andere conclusie uit het onderzoek: tussen hun 22ste en 38ste was de persoonlijkheid van de afgestudeerden weinig veranderd. ‘Mensen bleven over het algemeen wie ze zijn. Wie tijdens zijn studententijd als eerste op de tafels stond, was vijftien jaar later nog altijd een gangmaker op feestjes. Wie bekend stond om zijn ordelijke notities, was nog altijd die georganiseerde collega.’

Meer verdienen

Gemiddeld waren de alumni wel iets terughoudender, plichtsbewuster en minder zelfzuchtig geworden. ‘We noemen dat maturatie-effecten. Je wordt milder ten opzichte van anderen, minder competitief wanneer je volwassen wordt. Interessant om te zien was dat dit voor hoge managers veel minder het geval was. Wie in een competitieve omgeving werkte, bleef wel competitief.’ Uit een tweede studie bleek dat binnen die groep van hoogopgeleiden vooral je persoonlijkheid het verschil maakt in hoe succesvol je wordt.

Drie persoonlijkheidskenmerken bleken toekomstig loopbaansucces te beïnvloeden. ‘Extraverte alumni hadden vijftien jaar later meer kans op een hoge managementfunctie en vertelden dat ze meer verdienden dan hun introverte studiegenoten. Ook mensen met een aantal narcistische trekjes – ze horen zichzelf graag bezig, staan graag in het middelpunt van de belangstelling – hadden meer kans op een hogere functie.’ Maar liefst een derde van de inkomensverschillen bleek te verklaren door persoonlijkheidskenmerken. ‘Binnen de groep hoogopgeleiden maakt persoonlijkheid dus echt een verschil in hoe succesvol je wordt.’ Daarnaast waren ook consciëntieusheid (positief) en altruïsme (negatief) voorspellers voor het latere inkomen. ‘Loopbaansucces is natuurlijk ook maar hoe je het zelf invult’, zegt Bart Wille. ‘Een sterke professionele gedrevenheid zorgt dan misschien voor meer financieel succes, het vergroot ook de kans op een onevenwicht in de balans tussen werk en privé. Zo was er ook een alumnus die uiteindelijk zijn eigen loopbaan op een lager pitje zette voor de carrière van zijn vrouw.’

Referenties

  • Wille, B., De Fruyt, F., & De Clercq, B. (2013). Expanding and reconceptualizing aberrant personality at work: Validity of Five-Factor Model aberrant personality tendencies to predict career outcomes. Personnel Psychology, 66, 173-223.
  • Wille, B., De Fruyt, F., & Feys, M. (2013). Big Five traits and intrinsic success in the new career era: A 15 year longitudinal study on employability and work-family conflict. Applied Psychology: An International Review, 62, 124-156.
  • Wille, B., Beyers, W., De Fruyt, F. (2012). A transactional approach to person-environment fit: Reciprocal relations between personality development and career role growth across young to middle adulthood. Journal of Vocational Behavior, 81, 307-321.
  • Feys, M., Anseel, F., & Wille, B. (2011). Improving feedback reports: The role of procedural information and information specificity. Academy of Management Learning & Education, 10, 661-682.
  • Wille, B., De Fruyt, F., & Feys, M. (2010). Vocational interests and Big Five traits as predictors of job instability. Journal of Vocational Behavior, 76, 547-558.

Een eerdere versie van deze blogpost verscheen ook in Het Nieuwsblad van 29 juni onder de titel ‘Baas worden? Wees extravert en een tikje narcistisch, geschreven door Kaatje De Coninck.