Op het kruispunt tussen taal en geheugen: vreemde talen als een poort naar valse herinneringen
Wanneer we denken aan geheugenonderzoek, wordt dit vaak gelinkt aan vergetelheid en de beangstigende gevolgen van neurodegeneratieve aandoeningen zoals Alzheimer en dementie. Maar geheugenonderzoek omvat meer dan alleen de studie van datgene wat we vergeten. Een groot deel van dit onderzoek richt zich op wat en hoe we ons precies dingen herinneren. Opmerkelijk is dat ons geheugen niet werkt als een simpel opnameapparaat, maar eerder functioneert als een Wikipedia-pagina die voortdurend wordt bewerkt door onszelf en anderen.
De invloed van taal op herinneringsvervalsing
Een fascinerende piste binnen het geheugenonderzoek is de observatie van herinneringsvervalsing. Onze herinneringen zijn geen directe weerspiegeling van de werkelijkheid, maar eerder een reconstructie van wat er zich eerder afspeelde. Na verloop van tijd zal ons brein onbewust ontbrekende elementen invullen om zo een coherente, gereconstrueerde herinnering naar voor te kunnen schuiven. Onze herinneringen zijn bijgevolg constructies, onderhevig aan tal van invloeden zoals suggestie, misinformatie en taal. Een beroemd experiment van Loftus en Palmer onderzocht het effect van bepaald taalgebruik op de ontwikkeling van valse herinneringen. De deelnemers keken naar video’s van auto-ongelukken en werden later ondervraagd over de gebeurtenissen. De vraag hoe snel de auto’s reden toen ze “botsten” leidde tot hogere inschattingen van de snelheid vergeleken met wanneer andere woorden zoals “aangereden”, “geraakt” of “getroffen” werden gebruikt. Bovendien waren diegenen die “gebotst”’ te horen kregen meer geneigd om een week later aan te geven dat ze gebroken glas hadden gezien, ook al was dat niet het geval in de video. Deze bevindingen suggereren dat ons geheugen niet immuun is voor de invloed van taal.
Ons geheugen speelt een prominente rol in het ophalen van woorden en hun betekenissen, en is cruciaal voor ons dagelijks functioneren en communicatie met anderen. Echter, dit proces is niet altijd feilloos. Het McDermott en Roediger- paradigma, ook bekend als het DRM-paradigma, is een geheugentaak waarbij deelnemers een lijst van conceptueel gerelateerde woorden moeten onthouden (bijvoorbeeld droom, kussen, nacht, rust, enzovoort), die allemaal gelinkt zijn aan één specifiek doelwoord (in dit geval slaap). Nadien worden de deelnemers gevraagd om zich zoveel mogelijk woorden te herinneren, waarbij het opvalt dat deelnemers vaak ten onrechte het woord “slaap” onthouden als zijnde gepresenteerd. Met andere woorden, ze hebben een valse herinnering aan het woord.
Synoniemen als instrument voor geheugenonderzoek
Eerder onderzoek heeft reeds aangetoond dat individuen vatbaarder zijn voor valse herinneringen in hun dominante taal in vergelijking met hun niet-dominante taal. Opvallend is ook dat dit verschil afneemt wanneer individuen vergelijkbare vaardigheidsniveaus in beide talen bezitten. In onze zoektocht naar een manier om na te gaan hoe mensen details onthouden in verschillende taalcontexten, kwamen we op het idee om synoniemen te gebruiken. Hoewel synoniemen verschillen in uitspraak en schrijfwijze, zijn ze vaak sterk verbonden in ons geheugen vanwege hun vergelijkbare betekenis. Deze eigenschap van synoniemen maakt ze geschikt voor onderzoek naar de invloed van taal op geheugenprocessen, met name om na te gaan of mensen gevoeliger zijn voor herinneringsvervalsing in hun moedertaal of in een tweede taal waarin ze minder vaardig zijn.
Betere herkenning in een tweede taal dan in onze moedertaal
Om deze vraag te beantwoorden, kregen deelnemers die tweetalig waren in het Spaans en Engels de opdracht om zowel Spaanse als Engelse woorden te onthouden. Vervolgens moesten ze in een herkenningstaak aangeven of ze de woorden eerder hadden gezien of niet. In deze herkenningsfase werden synoniemen toegevoegd om de deelnemers te verwarren en te testen of ze deze correct konden identificeren als niet eerder gezien. In eerste instantie onthulden de resultaten een betere herkenning voor Engelse woorden dan voor die in hun moedertaal, Spaans. Bovendien bleek dat we meer geneigd zijn om aan te geven dat we een woord eerder hebben gezien in onze moedertaal, terwijl we eigenlijk een synoniem gepresenteerd kregen. Met andere woorden, in onze moedertaal zijn onze herinneringen van de woorden minder gedetailleerd, wat ons vatbaarder maakt voor valse herinneringen. We vullen de gaten in ons geheugen op met informatie die ons waarschijnlijk lijkt, zoals het idee dat we dat woord al eerder hadden gezien tijdens het experiment, terwijl dit eigenlijk niet zo is.
Fouten maken is menselijk
De huidige bevindingen roepen interessante vragen op en wijzen op het belang van verder onderzoek naar de complexe samenwerking tussen taal en geheugen. Door dieper in te gaan op hoe taal invloed heeft op ons geheugen, kunnen we beter begrijpen hoe we informatie verwerken, opslaan en ophalen in verschillende taalomgevingen. Net zoals bij een Wikipedia-pagina, kan er voor ons geheugen geen garantie gegeven worden over de volledige betrouwbaarheid van herinneringen. Maar ondanks dat onze hersenen ons soms voor de gek houden, maken deze denkfouten ons simpelweg menselijk.
Auteur
Rachel Lemaitre studeert dit jaar af als theoretisch-experimenteel psycholoog aan de Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen (UGent). Ze ontving de Best Internship Award voor het onderzoek dat ze uitvoerde tijdens haar stage.
Bronnen
Loftus, E. (2013, June). How reliable is your memory? [Video]. ted.com. Retrieved March 5, 2024, from https://www.ted.com/talks/elizabeth_loftus_how_reliable_is_your_memory?utm_campaign=tedspread&utm_medium=referral&utm_source=tedcomshare
Roediger, H. L., & McDermott, K. B. (1995). Creating false memories: Remembering words not presented in lists. Journal of Experimental Psychology: Learning, Memory and Cognition, 21(4), 803–814. https://doi.org/10.1037/0278-7393.21.4.803
Suarez, M., & Beato, M. S. (2021). The Role of Language Proficiency in False Memory: A mini review. Frontiers in Psychology, 12. https://doi.org/10.3389/fpsyg.2021.659434