Waar komt zelfwaarde vandaan?

De roots van zelfwaardering liggen in onze kindertijd

Wie we zijn leren we in onze eerste levensjaren via onze ouders, en later ook via onze ruimere sociale omgeving. De band met onze eerste verzorgers bepaalt voor een belangrijk deel onze zelfwaardering. Het zijn immers de anderen in ons leven die bepalen hoe we over onszelf denken en of we onszelf graag zien. We horen via anderen dat we braaf of stout zijn, slim, sportief of eerder lelijk en koppig. Al deze boodschappen gaan al vlug deel uitmaken van hoe we globaal over onszelf denken en naar onszelf kijken.

Ouders en hun (on)voorwaardelijke liefde

Wanneer kinderen ouder worden krijgen ze een meer gedifferentieerd en accurater beeld over zichzelf, maar het globale gevoel van zelfwaarde wordt mee bepaald door die eerste ouder-kind band. Hierin is het hechtingsproces erg belangrijk. Kinderen die een veilige, liefdevolle band met hun ouders of eerste verzorgers ontwikkelen zullen zichzelf meer respecteren. Zij worden immers door hun ouders aanvaard en graag gezien.

Belangrijk hierin is dat de liefde van de ouder onvoorwaardelijk is. Meer en meer onderzoek toont dat ouders die voorwaarden stellen aan hun liefde een breekbaar zelfbeeld van het kind in de hand werken. Ouders met een voorwaardelijke opvoedingsstijl geven hun kind bijvoorbeeld meer aandacht wanneer het een goede toets heeft, een doelpunt scoort of zich netjes gedraagt. Bij een slechte prestatie of negatief gedrag laat deze ouder het kind schuldig voelen of spreekt hij/zij bijvoorbeeld een tijdje niet meer met het kind. Zo laat de ouder het kind aanvoelen dat het in de fout ging en dat het kind de liefde van de ouder niet waardig is. Omdat kinderen voelen dat ze meer waardering krijgen als hun gedrag voldoet aan de eisen van hun ouders, proberen ze de liefde van hun ouders niet te verliezen. Dit is belastend voor het kind want het zorgt er voor dat het kind zichzelf ook vanuit het perspectief van de ouders bekijkt en zelfs evalueert. Het kind zal zichzelf met andere woorden enkel graag zien wanneer zijn of haar gedrag beantwoordt aan de ouderlijke eisen.

Allemaal applaus-ouders?

Dit betekent niet dat ouders als applaus-opvoeders met hun kinderen moeten omgaan en bij elk kleine prestatie het kind moeten overladen met complimentjes en positieve feedback. Onderzoek bij kinderen met een laag niveau van zelfwaarde toont immers aan dat persoonsgerichte feedback, waarbij het kind krijgt te horen dat het lief, slim, knap en tof is, het zelfwaardegevoel van kinderen niet ten goede komt. Sterker nog, zulke feedback duwt het kind eerder nog meer de dieperik in wanneer heteen faalervaring doormaakt. Immers, wanneer zij falen hebben zij niet meer het gevoel dat zij lief en slim zijn.

Referentie

  • Assor, A., & Tal, K. (2012). When parents’ affection depends on child’s achievement: Parental conditional positive regard, self-aggrandizement, shame and coping in adolescents. Journal of Adolescence, 35, 249-260.

Auteurs: Jolene Deeder en Dorien Wuyts

Jolene van der Kaap-Deeder en Dorien Wuyts zijn beide doctoraatsstudent in de Ontwikkelingspsychologie aan de Universiteit Gent (FPPW). Het onderzoek van Jolene concentreert zich op de drie basis psychologische behoeftes zoals verondersteld vanuit de zelfdeterminatietheorie, namelijk de behoefte aan competentie, autonomie en relationele verbondenheid. Ook richt zij zich op zelfwaarde en de ontwikkeling hiervan.

Dorien haar onderzoek concentreert zich op zelfwaarde en de invloed van de sociale context. Via vragenlijsten, observatie en experimentele methodes probeert ze meer te weten te komen over het verband tussen de zelfwaardegevoelens van ouders en hun opvoedingsstijl. Hierin bekijkt ze ook de invloed van maatschappelijke druk en ouderlijke waardeoriëntatie.