Browse Author: Cédric Velghe

Cédric Velghe (@cedricvelghe) is een doctoraatstudent in de Bedrijfspsychologie aan de Universiteit Gent (FPPW) en is verbonden aan de VIGOR Innovation Research Group. Naast zijn onderzoek wil hij vooral ook een brug slaan tussen wetenschap en praktijk. Als auteur, spreker of adviesverlener streeft hij erna om de wetenschappelijke stand van zaken te vertalen naar gebruiksklare aanbevelingen en oplossingen, maar ook wel kritische kanttekeningen en ontmaskeringen.

Geven of nemen, welke strategie leidt tot succes?

Onze volkswijsheid stelt dat succesvolle mensen drie kenmerken gemeenschappelijk hebben, namelijk een wil om hard te werken, talent, en geluk. Volgens Adam Grant, bedrijfspsycholoog en professor, vergeten we vaak een vierde ingrediënt voor succes, namelijk hoe we interacties aangaan met anderen. Elke keer we met iemand communiceren, hebben we een keuze te maken: proberen we zo veel mogelijk persoonlijk voordeel te verkrijgen, of proberen we anderen te helpen zonder ons zorgen te maken over wat het ons zal opleveren? De voorbije decennia ontdekten sociale wetenschappers via baanbrekend onderzoek dat mensen dramatisch verschillen in de mate waarin ze geven of nemen. Adam Grant verwerkte deze kennis op een bevattelijke en erg inspirerende manier in de nieuwe psychologie-bestseller, ‘Give and Take, A Revolutionary Approach to Success’.

Givers, Takers en Matchers: 3 wederkerigheidstijlen

Grant deelt mensen algemeen op in drie types die de manier waarop ze anderen helpen beschrijven: Givers, Takers en Matchers.

  • Ben je een Taker, dan help je anderen op een strategische manier, wanneer de voordelen jouw persoonlijke inbreng overstijgen.
  • Ben je een Giver, dan help je anderen (bv. met jouw kennis, vaardigheden, ideeën, of connecties) zonder iets terug te verwachten. In onze intieme relaties met onze partner, vrienden of familie gedragen we ons veelal als Givers.
  • In de werkcontext ontpoppen de meesten onder ons zich dan weer tot Matchers en streven we een evenwichtige balans van geven en nemen na.

Uiteraard hanteert niet iedereen altijd dezelfde wederkerheidstijl. Mensen passen hun wederkerigheidstijl immers aan naargelang de situatie (bv. hun rol of het type sociale interactie).

Maar wie kent nu het meeste succes?

Wie bengelt er volgens u onderaan de ladder – Givers, Takers of Matchers? Op heel veel facetten, van inkomen over promotiekansen tot de kans om het slachtoffer te worden van een misdaad, zijn het de Givers die het onderspit delven. Maar als Givers zich onderaan de succesladder bevinden, wie torent er dan aan de top? Verrassend genoeg, zijn dit opnieuw de Givers!

In zijn boek wil Grant ons overtuigen dat we het succes van Givers onderschatten. Wanneer Givers zegevieren gebeurt er bovendien iets bijzonders. Het succes verspreidt zich en kabbelt voort over anderen. Daarentegen, wanneer een Taker wint, is er meestal iemand die verliest. Takers verdienen dan ook veel afgunst van anderen.

Pas op voor de deurmat!

Grant behoedt ons eveneens voor het deurmat-effect. Ongebreideld geven kan immers nare gevolgen hebben, van het missen van een promotie tot een hevige burn-out. Er bestaat dus een verschil tussen deurmatten, die net ver geraken als Giver, en prestigieuze Givers die succesvol zijn. Via allerlei inzichten en tips ontdek je via het boek hoe je doelgericht kan geven zonder plat op je buik te gaan.

Doe het zelf

Wil je alvast ontdekken of je een Giver, Taker of Matcher bent? Doe dan deze test. Kies vervolgens een nuttig of mooi voorwerp dat je kan missen en geef het weg aan iemand die het kan gebruiken, bijvoorbeeld via Freecycle. Zelf gaf ik zo bv. een al jaren ongebruikte maar goed werkende printer weg. Mijn dag kon niet meer stuk.

Auteur: Cédric Velghe

Cédric Velghe (@cedricvelghe) is onderzoeker aan de Vakgroep Personeelsbeleid, Arbeids- en Organisatiepsychologie aan de Universiteit Gent (FPPW) en richt zich op toegepast onderzoek en adviesverlening in opdracht van organisaties. Naast zijn onderzoek wil hij vooral ook een brug slaan tussen wetenschap en praktijk. Als auteur, spreker of adviesverlener streeft hij erna om de wetenschappelijke stand van zaken te vertalen naar gebruiksklare aanbevelingen en oplossingen, maar ook wel kritische kanttekeningen en ontmaskeringen.

 

De paradox van het nieuwe werken: feit of fictie?

“Er is tegenwoordig heel wat gedoe voor of tegen het nieuwe werken. Voorstanders pleiten er voor om medewerkers vrij te laten kiezen waar, wanneer en hoe ze willen werken. Medewerkers de vrijheid bieden om thuis te werken lijkt dus een essentieel aspect in dit verhaal. Maar wat zijn nu werkelijk de positieve of negatieve gevolgen van thuiswerken?” 

Het nieuwe werken: voor- en tegenstanders, ook onder wetenschappers

Ook binnen de wetenschap zorgde thuiswerken het voorbije decennium voor de nodige controverse. Wetenschappers spreken zelfs over de paradox van het thuiswerken. Voorstanders stellen dat  thuiswerkers meer autonomie en een betere balans tussen het werk en de privésfeer ervaren, waardoor ze meer tevreden zijn met het werk, beter presteren en minder stress ervaren. Tegenstanders vrezen dat het isolement van thuiswerkers de relatie met de leidinggevende en collega’s schaadt en een domper legt op hun carrièrekansen.

Wat is de staat van de kennis rond thuiswerken?

Ravi Gajendran en David Harrison, onderzoekers aan de Pennsylvania State University, brachten in 2007 aan de hand van een meta-analyse deze discussie dichter bij de ontknoping. Zij verzamelden 46 goed uitgevoerde studies die allen samen de effecten van thuiswerken bij maar liefst 12.883 werknemers onderzochten. Alles samengenomen, lijkt er geen fundament te bestaan voor de thuiswerkparadox.

Thuiswerkers genieten inderdaad van een hogere autonomie en een betere balans tussen werk en privé. Dat laatste geldt vooral als werknemers meerdere dagen per week thuis achter het scherm zitten. Ze zijn meer tevreden, presteren beter en zijn loyaler aan hun werkgever. Beter nog, thuiswerkers rapporteren nu net een betere relatie met hun leidinggevende. En hun carrière lijkt er al helemaal niet onder te lijden, wat de argumenten van de doemdenkers dus weerlegt. Een mogelijke verklaring is dat thuiswerkers extra inspanningen doen om hun leidinggevende op de hoogte te houden van de vooruitgang die ze boeken, terwijl hun leidinggevende zelf hen nauwer opvolgt en duidelijkere doelen formuleert.

Het enige tegenargument dat enigszins recht blijft staan, is dat matig tot veel thuiswerken tot minder hechte relaties met de collega’s leidt. Het effect is echter klein.

Thuiswerken, een wondermiddel?

Hoe dan ook, thuiswerken is misschien sowieso niet het wondermiddel die sommigen het toedichten. Het sterkste effect van thuiswerken bedraagt .39 (Cohen’s d), namelijk op de autonomie die men ervaart. Ruw geschat, betekent dit dat thuiswerkers gemiddeld genomen beter af zijn dan 65% van de niet-thuiswerkers.

Dit lijkt veel, maar schijn bedriegt. U moet er immers van uit gaan dat, thuiswerker of niet, een gemiddeld werknemer sowieso beter af is dan 50% van de werknemers. Erg ver zijn we dus niet van kop of munt verwijderd, zeker als je bedenkt dat de andere effecten van thuiswerken nog kleiner zijn. Maar als je kleine effecten omzet in gewonnen euro’s, dan is thuiswerken misschien wel weer de moeite. Die berekening moet ik u schuldig blijven.

Thuiswerken loont, voor zij die dit het minst nodig hebben

Een recentere studie werpt het idee op dat thuiswerken misschien vooral positief blijkt voor werknemers die vooraf al niet danig veel te lijden hadden onder de balans werk-privé. Net voor die werknemers die de sterkste baten zouden moeten ondervinden, bijvoorbeeld werknemers met grote gezinnen, lijkt thuiswerken niet het verwachte soelaas te bieden. Daarbij, we staan meestal stil bij de mate waarin ons werk ons privéleven verstoort. Naarmate thuiswerken de norm wordt, moeten we ons misschien vaker afvragen hoe ons privéleven ons werk bemoeilijkt.

Auteur: Cédric Velghe

Cédric Velghe (@cedricvelghe) is een doctoraatstudent in de Bedrijfspsychologie aan de Universiteit Gent (FPPW) en is verbonden aan de VIGOR Innovation Research Group. Naast zijn onderzoek wil hij vooral ook een brug slaan tussen wetenschap en praktijk. Als auteur, spreker of adviesverlener streeft hij erna om de wetenschappelijke stand van zaken te vertalen naar gebruiksklare aanbevelingen en oplossingen, maar ook wel kritische kanttekeningen en ontmaskeringen.